Van een onzer verslaggevers
Willemstad - ‘Een streng leenbeleid’. Dat adviseert de Raad van Advies de regering. En áls er wordt geleend in principe alleen voor het plegen van investeringen.

rva

Dat staat te lezen in de Algemene Beschouwing bij de landsbegroting 2019 van Curaçao, zoals in handen van en geanalyseerd door het Antilliaans Dagblad.
,,Gelet op het risico voor de overheidsbegroting vanwege de toenemende staatsschuld waarbij de verdiencapaciteit van de overheid achterloopt als gevolg van de tegenvallende economische groei wordt de overheid in overweging gegeven - naast dat volop inspanning gepleegd dient te worden voor het op gang brengen van structurele economische groei - een streng leenbeleid te voeren door slechts in hoogst noodzakelijke gevallen leningen aan te gaan (voor investeringen), totdat het aflossingspotentieel van de overheid voldoende is. Om gestalte te geven aan een streng leenbeleid en om dit beleid te waarborgen wordt de regering - zoals reeds geadviseerd door de raad in zijn advies van 28 augustus 2017 inzake de ontwerpbegroting voor het dienstjaar 2018 - wederom geadviseerd op korte termijn een schuldquotenorm vast te stellen en deze in de wet te verankeren.”
De raad wijst erop dat uit ‘Economische indicatoren 2010-2017’ van de Nota van Financiën blijkt dat de overheidsschuld als percentage van het bruto binnenlands product (bbp) in 2017 al is opgelopen tot boven de 50 procent. Dit percentage zal gezien de verwachte beperkte groei van het bbp (lees: de economie) en de verdere toename van de schulden de komende jaren naar verwachting nog verder oplopen, terwijl het Internationaal Monetair Fonds (IMF) voor kleine, open en kwetsbare economieën als die van Curaçao een maximale staatsschuld van 40 procent van het bbp adviseert. ,,De steeds toenemende staatsschuld waaruit toenemende rentelasten en aflossingsverplichtingen voortvloeien voor de overheid, in combinatie met een stagnerende economie kan bij ongewijzigd beleid een adequate uitvoering van de overheidstaken op termijn (verder) in gevaar doen komen.”
De regering-Rhuggenaath geeft aan dat de kaders voor het lenen al beperkt zijn tot investeringen conform de normen (onder andere de rentelastnorm) opgenomen in de Rijkswet financieel toezicht (Rft). In dat kader kan de regering zich vinden in de stelling dat niet alleen aan de rentelastnorm getoetst moet worden, maar dat óók de schuldpositie houdbaar moet zijn.
,,Echter de regering vindt het opmerkelijk, de invulling welke de Raad van Advies schijnt te geven aan de toepassing van het houdbaarheidscriterium”, aldus het officiële document van het kabinet. ,,Namelijk dat naast renteverplichtingen ook aan aflossingen meerjarig voldaan moet worden. Dat een land een schuldpositie heeft en houdt en telkens herfinanciert is normaal.”
Hierbij verwijst de regering ook naar een eerder advies van de raad om de schulden per 2020 niet af te lossen, maar te herfinancieren. Voorts bericht de regering dat indien te zijner tijd een schuldquotenorm wordt ingevoerd, deze uit zal gaan van de voor het land geldende omstandigheden.