Van een onzer verslaggeefsters
Willemstad - Het door Ballast Nedam International (BNI) gelegde conservatoir derdenbeslag ten laste van Sona onder het Land, de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten en verschillende lokale banken voor een vordering van in totaal 31 miljoen dollar, is opgeheven.

hnoDat heeft het Gerecht in eerste aanleg gisteren in kort geding besloten. Ook is BNI, belast met de bouw van het nieuwe ziekenhuis Hospital Nobo Otrobanda (HNO), verboden het verlof voor beslaglegging dat het gerecht op 6 april heeft verleend, nogmaals te gebruiken. Aanleiding voor het derdenbeslag door BNI in april was dat er namens de bouwer van HNO nog maar weinig vertrouwen is dat Stichting Ontwikkeling Nederlandse Antillen (Sona) over voldoende middelen beschikt voor de financiering van het resterende bouwtraject. BNI heeft daarom beslag gelegd voor de volgende vorderingen: 3.875.000 dollar aan nog niet betaalde bedragen; 4.882.670 dollar aan wat van Sona als claim is gevorderd; 2.882.000 dollar aan gerealiseerd en ingeschat toekomstig verschil in prijsrisicoverrekening; 14.749.786 dollar aan nog te verschijnen termijnen van de aanneemsom; 285.563 dollar aan geaccordeerd en geoffreerd meerwerk; en 310.880 dollar aan geoffreerd en nog uit te voeren meerwerk.
Het gerecht stelt in zijn vonnis dat BNI niet heeft betwist dat Sona de verschenen termijnen van de aanneemsom, eventueel na een gevoerde gerechtelijke procedure, steeds heeft voldaan. ,,Ook is niet gebleken van acute financiële nood bij Sona”, zo staat in het vonnis. ,,Uit de brief van 10 april 2018 van de sectordirecteur van het ministerie van Algemene Zaken aan de afdeling Treasury van het ministerie van Financiën blijkt immers dat is verzocht om in verband met het beslag ‘een totaalbedrag van 56.420.000 gulden van de gelden verschuldigd aan Sona in te houden en onder zich te houden tot nader bericht’. Op grond hiervan acht het gerecht niet voorshands aannemelijk dat Sona de nog te verschijnen termijnen van de aanneemsom en haar overige betalingsverplichtingen, wanneer die eenmaal opeisbaar zijn geworden, niet zal voldoen.”
Ook de stellingen van Sona dat het beslag de stichting die belast is met het HNO-project feitelijk vleugellam maakt en zodoende de uitvoering van haar taak en de voortgang van het project frustreert, zijn door BNI onvoldoende gemotiveerd betwist, zo oordeelt het gerecht. ,,Om deze reden valt de afweging tussen de belangen van BNI bij handhaving van het beslag en de belangen van Sona bij opheffing ervan, in het voordeel van Sona uit.”