Van een onzer verslaggevers

Willemstad - De discussie over het elimineren van de bureaucratie, oftewel ‘red tape’, is er een die al jaren op Curaçao gevoerd wordt.

redtapeHet is een onderwerp dat, net als een computer die blijft hangen, in een ‘loop’ zit. Ook vorige week was het een vraag van Statenleden aan de minister van Economische Ontwikkeling, Steven Martina (MAN), bij de behandelingen van de begroting. ,,Waarom is er nog steeds red tape?”, zo luidde de vraag. Het antwoord: ,,Een investeerder die vergunningen nodig heeft moet bij verschillende ministeries langs. Er is geen zicht op het hele proces, er mist een goed overzicht, een holistische benadering. Een van de manieren hoe hiermee om te gaan is door middel van automatisering en transparantie. Daar wordt nu aan gewerkt. De beschrijving van processen is nu gedaan en met de automatisering wordt begonnen. In 2018 kan het proces dan ook optimaliseren. Sommige vergunningen zijn eigenlijk niet meer nodig, waardoor het proces versneld en verkort kan worden. Want, de consequentie van red tape is dat de investeerder het beu wordt en beslist elders zijn geld te besteden. Het is slecht voor onze reputatie. Op dit moment wordt er interministerieel aandacht aan het probleem besteed. De ministeries van Financiën, Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning (VVRP), Economische Ontwikkeling (EO) en Algemene Zaken (AZ) vergaderen wekelijks om na te gaan waar vergunningen zijn blijven steken en hoe projecten kunnen loskomen.”
Het Antilliaans Dagblad vroeg aan een expert waarom red tape een onderwerp is dat al zo lang bediscussieerd wordt. Zo was er in 2013 de Commissie Taskforce Investeringen die tot doel had het proces van vastgelopen projecten te versnellen en los te krijgen. Toch heeft het niet gewerkt. De expert: ,,Het proces van vergunningen bij de vreemdelingendienst is in 2009 helemaal geautomatiseerd. Toch wordt er steen en been geklaagd over hoe lang het daar allemaal duurt. Ik ben van mening dat automatisering niet per definitie de oplossing is. Het gaat volgens mij eerder om een cultuurverandering. Daarom heeft de Taskforce ook niet geholpen. Die bestond uit leden die geen deel uitmaken van het ambtenarenkorps en daar moet nu juist de ‘sence of urgency’ komen, daar moet een cultuuromslag plaatsvinden. Ik denk ook dat het onbewust, of misschien zelfs bewust, voordelen heeft om bureaucratie in stand te houden. Het geeft de personen die aan de touwtjes trekken immers een bepaalde macht en controle. Ten derde denk ik dat sommige vergunningen afgeschaft kunnen of vernieuwd moeten worden. Veel vergunningen dateren van de jaren twintig van de vorige eeuw. Zo stelt de vestigingsvergunning eigenlijk niks voor. Toch is het moeilijk zo’n vereiste af te schaffen. Hier is politieke lef voor nodig.”