Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het Hof heeft het verzoek van het Openbaar Ministerie (OM) om meer bijstand in te schakelen in het enquête-onderzoek bij verschillenden overheids-nv’s afgewezen. Het onderzoek gaat over de misstanden bij overheids-nv’s Aqualectra, Refinería di Kòrsou (RdK) en Curoil ten tijde van het kabinet Schotte (MFK/PS/MAN) en wordt uitgevoerd door oud-rechter, professor Huub Willems. Willems heeft onlangs aangegeven dat hij geen einddatum kan noemen voor het onderzoek waarmee het Hof hem halverwege 2013 heeft belast. Het onderzoek is namelijk veel complexer dan hij van tevoren had ingeschat. Advocaat-generaal (AG) Anton van der Schans van het OM, heeft om deze reden aan de Ondernemingskamer van het Hof verzocht te beoordelen of het nuttig is een of meer deskundigen toe te voegen aan de onderzoeker. Het Hof vindt dit niet nodig, zo blijkt uit het gisteren uitgesproken vonnis. ,,Het verzoek tot benoeming van een of meer andere onderzoekers naast Willems wordt afgewezen. Ten tijde van de benoeming van Willems tot onderzoeker achtte het Hof dat niet nodig. Het Hof ziet geen reden om daar thans anders over te denken”, zo staat geschreven. En verder oordeelt het Hof dat uit de reactie van de onderzoeker ook niet blijkt dat hij extra bijstand nodig heeft, ‘noch waar het de bijstand door lokale deskundigen betreft, noch waar het de bijstand door een administratieve kracht betreft’. ,,Het Hof ziet geen reden om hierover anders te oordelen dan de onderzoeker”, aldus het vonnis.
Tot slot heeft het Hof gekeken naar de complexiteit van het onderzoek en geoordeeld dat er feitelijk sprake is van een normale gang van zaken als dit onderzoek vergeleken wordt met onderzoeken die door het Hof Amsterdam gehouden worden. Willems is verbonden aan de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam.
Dat het tot een rechtszaak gekomen is tussen het OM en de Ondernemingskamer van het Hof op Curaçao ligt gelegen in het feit dat het OM geen gehoor kreeg bij het Hof. Zo is er op 25 november 2014 een brief gestuurd door het OM naar het Hof met het verzoek na te gaan of ‘inschakeling van specifieke lokale deskundigheid een optie zou kunnen zijn’, om zo het onderzoek spoedig af te kunnen ronden. Op 1 december 2014 berichtte het Hof dat dit niet nodig was. Op 20 januari 2015 deed het OM, bij monde van de advocaat-generaal (AG) weer een beroep op de Ondernemingskamer waarin stond dat het de AG ‘dringend geboden voorkomt dat het onderzoek binnen afzienbare tijd wordt afgerond, dat het hem geraden voorkomt dat een of meer lokale deskundigen de onderzoeker bijstaan en dat het wellicht te overwegen is meer administratieve ondersteuning te geven aan de onderzoekers’.