Van onze correspondent
The Bottom - De Koninklijke Nederlandse Meteorologische Dienst (KNMI) is klaar met de installatie van onder meer een nieuw Global Navigation Satellite System (GNSS) op Parish Hill en regulier onderhoud aan de reeds aanwezige meetapparatuur.

knmiDe groep begon op 11 februari aan de klus en vliegt vandaag terug naar Nederland.
Nadat de bouwmaterialen en uitrusting samen met een groep lokale mannen naar de Whale’s Tail op Parish Hill waren gebracht, ging het team aan de slag om het nieuwe GNSS-meetstation te installeren. Dit is het vierde en laatste permanente GNSS-meetstation dat op Saba is geïnstalleerd. Met de apparatuur aan de noordkust van Gray Hill, St. John’s, op de luchthaven en nu op Parish Hill, kan het KNMI de Mt. Scenery-vulkaan van alle kanten van het eiland nauwlettend volgen. ,,Er was nog geen meetapparatuur aan deze kant van het eiland. Het is belangrijk om de vulkaan van alle kanten te volgen”, aldus KNMI-vulkanoloog Elske de Zeeuw-van Dalfsen. In tegenstelling tot de andere locaties is er op Parish Hill geen seismometer geplaatst, omdat die al aanwezig is in het pand van Saba Telefoonmaatschappij Satel in The Bottom. In totaal zijn er nu vijf van dit soort meters op Saba. Het installeren van een satellietverbinding op het nieuwe GNSS bij de Whale’s Tail was ook niet nodig omdat er ontvangst is op Parish Hill. Het KNMI-team ging ook naar de Hot Springs bij de zwavelmijn om de gegevens te verzamelen van de apparatuur die daar in oktober vorig jaar is geplaatst. De dienst meet continu de temperatuur van de Hot Springs, die stabiel is gebleven met een maximum van 82 tot 84 graden Celsius.
Op Saba heeft het team onderhoud gepleegd aan alle aanwezige vijf seismometers en GNSS-installaties. ,,De meetstations worden constant blootgesteld aan de elementen zoals harde wind en zout, dus onderhoud blijft erg belangrijk”, aldus het KNMI.
Tijdens hun bezoek zijn ook vier kostenefficiënte GNSS-instrumenten geïnstalleerd als experiment om te zien hoe goed ze werken. Deze zullen twee jaar blijven staan en zijn strategisch geplaatst om het netwerk van monitoringapparatuur verder aan te vullen. ,,We willen zien hoe goed ze werken en hoe we ze het beste kunnen inzetten”, legt De Zeeuw-van Dalfsen uit.