Door Jeff Sybesma
Op 25 september 2021 stond in het  Antilliaans Dagblad het bericht ‘Cooper wijst kandidaat FKP af. Minister: hij is een ‘makamba’ en ik wil zelf kiezen’. Ik twijfel niet aan de getrouwheid van het artikel en ga ervan uit dat hetgeen in dit artikel staat daadwerkelijk gezegd is door minister Charles Cooper op zijn Facebookpagina.

F03 Cooper wijst kandidaat FKP afIk val over de volgende woorden in het krantenartikel: ,,…, die bovendien een makamba is, ..”, en ook: ,,En vertel me niet dat er geen ‘Yu di Kòrsou’ is die dit werk kan doen.” Uit het artikel kan verder gehaald worden dat deze ‘makamba’ al 25 jaar woont op Curaçao.

Het woord ‘makamba’ is een geladen woord. Zeker in de context van dit artikel kan je stellen dat de heer Cooper hiermee wil aangeven dat er een wezenlijk verschil is tussen hem, zijnde Yu di Kòrsou, en deze persoon die gesolliciteerd heeft naar een baan bij Fundashon Kas Popular (FKP) en daarvoor zelfs als de beste naar voren is gekomen. Je kunt je afvragen wat dan dat wezenlijke verschil is tussen deze ‘makamba’ en de ‘Yu di Kòrsou’? Zou het onderscheid slechts liggen aan waar de man geboren is? Niet in Curaçao maar in Nederland? Is Nederland de reden voor zijn reactie of zou hij dit ook doen als de persoon een Colombiaan of een Bonairiaan is? Speelt misschien zijn huidskleur daarbij ook nog een rol?

Duidelijk moge zijn dat een dergelijke uitspraak al gauw riekt naar discriminatie. En dat is op grond van onze Staatsregeling en de mensenrechtenverdragen waar Curaçao partij bij is, zoals het EVRM en het IVBPR, verboden. Voor de duidelijkheid, artikel 3 van onze Staatsregeling stelt: ,,Allen die zich in Curaçao bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”

En dan het onderscheid dat gemaakt wordt met ‘Yu di Kòrsou’. Als persoon schaart de heer Cooper zich onder een grote groep mensen die van mening is dat het criterium voor ‘Yu di Kòrsou’ bepaald wordt door geboorte. In een eind 2015 verricht onderzoek door het Curaçaose Bureau voor Statistiek (CBS) onder 2.620 Curaçaose families [https://www.cbs.cw/ken-ta-yu-di-korsou] werd ook de vraag gesteld wie naar hun mening een Yu di Kòrsou is. Een totaal van 80,9 procent gaf te kennen dat men het helemaal of enigszins eens is dat een ‘Yu di Kòrsou’ in Curaçao geboren moet zijn. Bovendien was 81,1 procent van mening dat men ook vloeiend Papiaments moest kunnen spreken.

Een naar mijn mening vooral simplistische, kortzichtige en bekrompen benadering die mij zorgen baart. Al eerder heb ik in een opinie aangegeven (zie onder andere het Antilliaans Dagblad van 14 augustus 2021) wat juridisch een ‘Yu di Kòrsou’ is. Volgens de wet en jurisprudentie is deze ‘makamba’ die hier al 25 jaar woont, net zo goed een ‘Yu di Kòrsou’ als de heer Cooper. Bovendien, dit soort kortzichtig denken heeft ertoe geleid dat het Land Curaçao de afgelopen jaren, al of niet met corona-pandemie, economisch niet of nauwelijks vooruit is gegaan. Door telkens de zogenaamde ‘Yu di Kòrsou’ - ongeacht zijn kennis en capaciteit - voorrang te geven en voor te trekken, zal het ook niet lukken.
Ik heb nog een aanbeveling in dit kader. Wij hebben een Vestigingsregeling bedrijven, die teruggaat tot 1946 (PB 1946, no. 43). Een antieke wet bijna. Daarin staat eenzelfde soort discriminerend artikel (17) dat stelt: deze Landsverordening is niet van toepassing op de in de Nederlandse Antillen (nu Curaçao) geboren Nederlanders, die de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt. Het feit dat deze verordening een leeftijd stelt van boven de 21 jaar toont de oudheid aan, want inmiddels is de meerderjarige leeftijd verlaagd naar 18 jaar. Het discriminerende zit hem vooral in het feit dat je alleen als Nederlander hier geboren, een ‘Yu di Kòrsou’ dus, geen vestigingsvergunning nodig hebt. Een naar huidige juridische inzichten discriminerend artikel, omdat er naar mijn mening geen gerechtvaardigde legitieme reden (meer) is om een dergelijk onderscheid te kunnen maken. Een mooie taak voor onze Staten om eens goed naar dergelijke antieke regelgeving te kijken en minister Cooper goed aan te tand te voelen over zijn uitspraken. Discriminatie is gewoon verboden en strafbaar.

F10 OPINIE

De auteur van deze opiniebijdrage, Jeff Sybesma, is bioloog en jurist. Hij is lid van de Raad van Advies Curaçao, parttime docent staats- en bestuursrecht én milieurecht. Ook is hij bijzondere rechter in ambtenarenzaken en sociale zaken. Deze opiniebijdrage is op eigen titel geschreven.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.