Van een onzer verslaggevers

Willemstad - De vraag of de Isla-raffinaderij wel of niet de toegestane uitstoot van zwaveldioxide van 80 microgram per kubieke meter overschreed, hangt af van de interpretatie van het vonnis van het Hof uit 2010, de meetwijze en de locatie waar gemeten wordt.

isla Zo bleek bij de behandeling van het kort geding van de Isla om de beslaglegging op te heffen op aandelen van de raffinaderij en het zogeheten derdenbeslag bij de Giro en Curaçao Utilities Company (CUC). De rechter hoopt op 2 mei vonnis in de zaak te wijzen. Dan zal ook duidelijk worden hoe het vonnis uit 2010 volgens de rechter geïnterpreteerd moet worden. De Stichting Humanitaire Zorg Curaçao, de stichting Schoon Milieu op Curaçao (Smoc) en 24 burgers hebben afgelopen maart beslag laten leggen, omdat de norm door de raffinaderij in 2014 was overschreden. De dwangsom van 75 miljoen gulden die de rechter in 2010 vaststelde, is daarmee verbeurdverklaard, aldus de gedaagden. Raadsman Virginia van HBN Law en Claassens van Loyens en Loeff treden namens de raffinaderij op. Virginia verklaarde na afloop van de zitting tegenover deze krant dat de Isla conform het vonnis uit 2010, de berekening van de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak hanteert om te bepalen of bij de uitstoot de norm wel of niet is overschreden. De metingen zijn bij Kas Chikitu en Beth Chaim gedaan. Dat waren de spelregels, aldus de raadsman. De Isla heeft de norm niet overschreden. Maar nu dat de gedaagden niet goed uitkomt, wordt een discussie over de meetpunten gevoerd. De gedaagden hadden in een bodemzaak een andere vorm van meten kunnen eisen, maar hebben dat niet gedaan, aldus Virginia.