Van een onzer verslaggevers
New York - De aandelenbeurzen in New York zijn gisteren met overwegend kleine plusjes gesloten. Daarmee herstelden de graadmeters van de minnen van eerder op de dag. Beleggers leken de aanhoudende onrust in de Chinese markt naast zich neer te leggen. De prijsdaling van olie en grondstoffen liet zich evenwel voelen.
De leidende Dow-Jonesindex sloot uiteindelijk met een winst van 0,3 procent op 16.398,57 punten. De brede S&P 500 steeg 0,1 procent naar 1.923,67 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq ging met een verlies van 0,1 procent de handel uit op 4.637,99 punten.
Wel betekende slecht nieuws uit China wederom slecht nieuws voor de grondstoffensector. Koperdelver Freeport-McMoRan was met een verlies van ruim 20 procent een van de sterkste dalers op Wall Street. Machinebouwer Caterpillar (min 2,9 procent) behoorde tot de grootste verliezers in de leidende Dow-Jonesindex.
De olieprijs ging ook weer stevig onderuit. Amerikaanse olie werd 6 procent goedkoper op 31,16 dollar en Brentolie zakte 6,7 procent in prijs tot 31,31 dollar per vat. In het kielzog verloren ook olieconcerns zoals Exxon Mobil (min 1,3 procent) en Chevron (min 1,7 procent) terrein.
Farmaceut Baxalta verloor 2,3 procent. Het bedrijf wordt overgenomen door zijn Ierse branchegenoot Shire, in een deal met een totale waarde van 32 miljard dollar. Door het samengaan van de twee bedrijven ontstaat een toonaangevende speler op het gebied van medicatie tegen zeldzame aandoeningen. Shire, dat ook een notering heeft in New York, verloor krap 9 procent nadat het eerder op de dag in Londen ook al 8 procent aan beurswaarde inleverde.
Aluminiumconcern Alcoa verloor 0,9 procent. Het bedrijf trapte gisteren nabeurs traditiegetrouw het cijferseizoen af. Fitbit, dat onder meer fitnesshorloges maakt, verloor ruim 12 procent. Het bedrijf dat medio 2015 een succesvol beursdebuut beleefde, zakte door het verlies onder de introductieprijs van 20 dollar van destijds. Nieuwe producten van Fitbit werden eerder al niet positief ontvangen.