Een goede voorbereiding is essentieel vóór vertrek naar Nederland

Van onze correspondent
Kralendijk - Het aantal studenten dat van Bonaire naar Nederland afreist en na de studie terugkomt is op de vingers van één hand te tellen. Dat het ook anders kan bewijst Mitchell de Palm (29) die sinds een jaar als sportbeleidsadviseur bij het Openbaar Lichaam Bonaire (OLB) werkt.

BONterugIn een interview op de gastblog Stories van United Caribbean Care (UCC) vertelt De Palm over zijn keuzes en geeft hij aankomende studenten nuttige tips.
De Palm heeft de studie sportkunde gedaan bij de Fontys Hogeschool Eindhoven maar dat was niet zijn eerste keuze. Toen hij zich op de middelbare school ging oriënteren op een studie wist hij één ding zeker: hij wilde een opleiding doen waarbij hij zelf actief bezig kon zijn. Na een online zoektocht en een gesprek met de decaan kwam hij uit bij de hbo-opleiding ergotherapie bij Hogeschool Zuyd in Heerlen.
,,Dat leek me wel wat omdat ik het idee had dat ik daar ongeveer hetzelfde zou leren als bij fysiotherapie. Maar die verwachting bleek niet helemaal te kloppen”, aldus De Palm. Een ergotherapeut helpt mensen die door lichamelijke of psychische klachten de gewone, dagelijkse dingen niet meer kunnen doen. Mitchells interesse ging meer uit naar sport en beweging. Ook de opleiding biometrie die hij in zijn tweede studiejaar probeerde was het niet helemaal. Pas bij de volgende switch was het raak: sportkunde bleek de juiste keuze te zijn.
,,Ik voelde me al snel thuis in deze opleiding waarin je onder andere leert hoe het menselijk lichaam functioneert en hoe je dit kunt meten. Sportkunde is een brede studie, je leert er van alles over anatomie, fysiologie maar ook over beleid, financiën en marketing. Van ‘hoe werkt een grote sportorganisatie’ tot ‘hoe meet je de prestaties van een topatleet’, zo schrijft hij in de blog. Vooral het analyseren van sportprestaties vond (en vindt) De Palm erg interessant. Hij koos dan ook voor een minor Sports Performance waarin hij topsporters ging begeleiden. Zijn focus lag daarbij op het trainen, coachen en begeleiden van topsporters bij verschillende topsportorganisaties: het Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO) en de Rugby Academy Zuid (RAZ). De Palm werkte tijdens zijn minor samen met alle betrokken partijen, waaronder ook middelbare scholen om een speciaal programma neer te zetten voor jongeren. Het doel was op een efficiënte manier een balans te creëren tussen trainen en studeren.
Aan het begin van zijn studie woonde hij in Maastricht en reisde hij elke dag naar Heerlen. In zijn vierde studiejaar verhuisde hij naar Eindhoven. Dat maakte het veel gemakkelijker. De Palm heeft na zes jaar nog steeds contact met zijn medestudenten uit die tijd, via een groepsapp. Veel van hen zijn bewegingswetenschappen gaan studeren of de managementkant opgegaan. En zelf hij keerde in 2022 terug naar zijn geboorte-eiland als TOP-trainee en sportbeleidsadviseur bij het OLB.
De Palm raadt nieuwe studenten aan vooral een studie te kiezen die bij hen past. ,,Ben je introvert? Kies dan geen studie waarbij je veel gesprekken met vreemden moet voeren. Ben je actief? Kies dan geen zittend beroep”, zo is zijn advies. Ook raadt hij aan veel vragen te stellen vóór het vertrek naar Nederland, rekening te houden met de cultuurshock en een supportsysteem te bouwen van vrienden en familie. ,,Ook al komen ze niet van de eilanden, veel medestudenten maken hetzelfde mee, je bent niet alleen.” Het is volgens hem bovendien belangrijk een financieel overzicht te maken om alle kosten goed op een rijtje te hebben staan. ,,En probeer ook te sparen, je hebt ongeveer 5.000 euro nodig voor je woonruimte. Je bent er zeker minimaal een half jaar mee bezig, en dan heb je nog alleen maar betonnen vloer, geen gordijnen en geen verlichting. Ik heb aan mijn nicht gevraagd of zij naar de bezichtiging kon gaan, zo kwam ik aan mijn kamer.” De taalbarrière was voor hem lastig, vooral door het Noord-Brabantse accent en de woorden die hij niet kende. ,,Mede vanwege deze ‘handicap’ kreeg ik meer tijd voor examens en mocht ik een woordenboek meenemen.”