BES

Van onze correspondent

Den Haag - Sporttalenten van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES) kunnen niet rekenen op ondersteuning vanuit Europees Nederland. Dat levert de nodige uitdagingen op als ze willen deelnemen aan toernooien of bij hun verdere ontwikkeling. Dat schrijft Sportminister Martin van Rijn in een bijlage bij een brief aan de Tweede Kamer over het sportbeleid.

sportersbesDe Kamer had vorig jaar tot tweemaal toe vragen gesteld over de ondersteuning voor talentvolle sporters van de BES-eilanden en hun toegang tot regionale toernooien. Van Rijn verwijst naar het Preventie akkoord BES voor de ontwikkeling van talent. Hij wil zien wat de uitwerking daarvan is op de ontwikkeling van sporttalent op de eilanden.

Een bekend probleem is dat de sportclubs en -organisaties op de eilanden min of meer alleen staan, omdat ze geen onderdeel zijn van een nationale sportorganisatie. In het verleden was dat het Nederlands Antilliaans Olympsich Comité (NAOC), maar dat is na 2010 opgeheven. ,,Na ontbinding van het NAOC heeft geen van deze verenigingen zich aangesloten bij Nederlandse sportbonden”, schrijft de minister.

De talenten kunnen zich wel melden bij de Nederlandse overkoepelende organisatie NOC*NSF. Die zal een verzoek doorsturen naar een Nederlandse bond, die moet beoordelen of een sporter zich kwalificeert voor een programma. ,,Een aanvullende stap zou voor verenigingen zijn om zich formeel aan te sluiten bij een Nederlandse sportbond. Daarmee komen ook, indien toepasbaar, diverse instrumenten voor het versterken van verenigingen beschikbaar.”

Over de deelname aan regionale toernooien schrijft Van Rijn weinig mogelijkheden te zien om iets te regelen. Formele aansluiting bij een internationale organisatie is niet mogelijk, omdat de eilanden niet autonoom zijn. Zijn eigen rol is volgens hem hierin beperkt: ,,Het is mij niet duidelijk geworden wat ik daarin nu zou kunnen betekenen. Ik heb de eilanden gevraagd om contact op te nemen wanneer dit in de toekomst weer speelt en zij een concrete vraag hebben.” Het is aan individuele sporters en de clubs op de eilanden om te proberen in aanmerking te komen voor deelname. Ondanks de hoge kosten lukt dat vaak door sponsoracties of lokale subsidies en daarover is Van Rijn vol lof: ,,Ik vind het mooi te zien dat het de eilanden, ondanks de genoemde uitdagingen, vaak lukt om met teams deel te nemen aan regionale sporttoernooien.”

Wilt u meer informatie? Neem een online abonnement op de krant.