Geachte minister-president Asjes,
Hierbij vraag ik uw aandacht voor een situatie die tot verlies van mensenlevens kan leiden. Kort na de hevige regenval van tropische storm Tomas zag ik een scheur in de rotsformatie van de Mirador op Santa Martha. Ik had die scheur nooit eerder gezien en besloot om hem in de gaten te houden. Afgelopen januari stelde ik vast dat de scheur door de hele formatie was getrokken en een breedte had van dertig centimeter onderaan tot meer dan een halve meter bovenaan. Een gedeelte van de formatie schuift en kantelt dus in de richting van het ravijn. Mijn oordeel was: levensgevaarlijk.
Omdat het een veel bezocht uitkijkpunt is informeerde ik op 29 januari zowel minister Balborda als zijn dienst UOOW met een beschrijving en foto’s van de situatie. Ik deed de minister de suggestie om toeristische organisaties die uitstapjes naar de Mirador organiseren te informeren over het gevaar zodat zij gepaste maatregelen zouden kunnen nemen.
Op 27 februari bezocht ik de Mirador wederom en uit niets bleek dat de minister actie had ondernomen. Een maand later trof ik op de Mirador echter een geel plastic lint aan dat tussen twee boompjes in de lengte van de scheur was gespannen. Ik vond dat een, eufemistisch uitgedrukt, zeer inadequate maatregel. De wind loeit over de heuveltop, de zon kent weinig genade met kunststoffen en het was dus te voorzien dat het lint spoedig zou bezwijken. Op 29 maart schreef ik daarom een artikel in het Antilliaans Dagblad om het publiek te informeren over het gevaar.
In zijn reactie (4 april) op mijn brief van 29 januari deelde de minister mij mee dat uit door UOOW uitgevoerd onderzoek is gebleken dat er sprake is van wat hij noemde, een levensgevaarlijke situatie doordat op elk moment delen van de rotspartij het kunnen begeven en omlaag storten. De rotsen zullen worden afgebroken. Mijn hoop op spoedige actie verdween echter op 22 april door een reportage van TeleCuraçao over de Mirador. Te zien waren een grote touringcar naast en hordes fotograferende toeristen op de gevaarlijke rotsen. Ook zag je zielige stukjes plastic lint die van twee boompjes droevig omlaag hingen, gebroken door en wapperend in de wind.
Vanwege die reportage schreef ik op 23 april een tweede, dit keer een open, brief aan de minister. Ik wees de minister op de reportage en ik herinnerde hem aan mijn advies van 29 januari om de toeristische organisaties te informeren. Voorts deelde ik de minister mee dat ik zelf (ook?) maar de toeristische organisaties zou informeren, hetgeen ik diezelfde dag nog deed. Chata en CTB hebben gereageerd.
Op 22 juni (vijf maanden nadat de minister was geïnformeerd) was de situatie in Santa Martha nog steeds onveranderd. Er was geen afrastering; er was geen waarschuwingsbord; de rafeltjes plastic wapperden nog steeds in de wind en er stonden toeristen bovenop de rotsen. Ik besloot mij daarom tot de Ombudsman te wenden.
Op 26 augustus bleek mij wederom dat er niets was gedaan. Dat laat de conclusie toe dat ook twee maanden bemoeienis door de Ombudsman op deze minister geen enkele indruk maakt. Hij blameert dus niet alleen zichzelf en het ministerschap, maar ook een voor een democratische samenleving essentieel instituut als de Ombudsman.
Deze minister schijnt ook niet te beseffen dat zijn brief van 4 april in combinatie met het - ondanks aansporingen door de Ombudsman - uitblijven van volgens hem noodzakelijke maatregelen, de regering van Curaçao juridisch aansprakelijk maakt voor alle gevolgen die het natuurlijke afbreken van de rotsen zal hebben voor eilandbewoners of toeristen die zich op dat moment op de rotsen of in het dal bevinden. In het geval zich onverhoopt iets voordoet, zal ik die brief en alle overige hier vermelde bijlagen aanbieden aan slachtoffers en/of nabestaanden. Ter voorkoming van persoonlijk leed voor eilandbewoners, toeristen, hun familieleden en nabestaanden, alsmede ter bescherming van de reputatie van Curaçao als toeristische bestemming, verzoek ik u om alle uit uw positie als voorzitter van de ministerraad voortkomende bevoegdheden aan te wenden ter beëindiging van de levensgevaarlijke situatie bij Santa Martha.
Met vriendelijke groet,
Hans van Hulst,
Curaçao

ADletters logo

 


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.