Vooropgesteld: geen enkel verleden mag als excuus worden aangegrepen om zich als land te blijven wentelen in de rol van slachtoffer, of om het eigen falen te rechtvaardigen.
Toch is het niet juist om de verwerking van het slavernijverleden te vergelijken met de verwerking van de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog, zoals bijvoorbeeld de heer R. Spong onlangs in uw blad deed. Daarin schrijft hij dat Nederland in de Tweede Wereldoorlog ook zwaar onder de Duitsers had geleden, maar inmiddels die zwarte bladzijde heeft afgesloten. Dat klopt, maar de vergelijking gaat niet op.
Na de oorlog was de Duitse greep op het Nederlandse volk immers in één klap weg (los van het psychische leed). Bovendien waren de Duitsers voor het oog van de hele wereld diep door het stof gegaan en hebben ze zwaar voor hun daden geboet. Daarentegen hield de Nederlandse invloed op het Curaçaose volk, ruim een eeuw na afschaffing van de slavernij, onverminderd aan. Zowel economisch als sociaal had je als Curaçaose burger weinig kans om vooruit te komen als je de Nederlandse normen niet kon ‘verinnerlijken’. En van formeel vergiffenis vragen - van land tot land, van volk tot volk - is nog nooit sprake geweest.
Integendeel zelfs. De grootste hindernis is de veel voorkomende neiging om de essentie te willen bagatelliseren. Zie bijvoorbeeld de Nederlandse documentaire: ‘Slavernij. Een slaaf komt niet in de hemel’.
De allereerste zin in die documentaire was: ,,Je kunt veel zeggen over de Nederlanders en Europeanen, maar de slavenhandel hebben ze niet uitgevonden.” De stem vervolgde: ,,De Afrikaanse handelaren brachten hun slaven naar de Nederlandse forten.” Vrij vertaald: waar zeuren jullie eigenlijk over.
Stelt u zich ter vergelijking voor, dat serieuze Duitse media hun aandeel in de Tweede Wereldoorlog hadden verfilmd met nuancerende openingszinnen zoals: ,,Je kunt veel zeggen over de Duitsers, maar ze hebben het oorlogvoeren niet uitgevonden.” En dat ze allereerst beelden tonen van honderden Nederlandse verraders die duizenden onschuldige landgenoten in handen van de Duitsers joegen. Ook dan was de wezenlijke boodschap geweest: ‘Stel je maar niet zo aan, want jullie konden er ook wat van’.
Een dergelijke houding zou grote ontzetting en wantrouwen in de Nederlandse samenleving hebben veroorzaakt, en terecht. Dan was dat hoofdstuk van de Nederlandse geschiedenis ook als een open wond blijven etteren. Net zoals het slavernijverleden hier helaas nog doet, tot vreugde van machtswellustige opportunisten die van die legitieme sentimenten misbruik maken.
De herdenking op 1 juli 2013 van 150 jaar slavernij, die nu in Nederland wordt voorbereid, en vooral de boodschap die meegegeven wordt, zal dan ook een cruciale invloed hebben op het wel of niet kunnen afsluiten van dat deel van de geschiedenis.
Bernadette Heiligers, Curaçao

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.