De situatie op Curaçao is erg ongezond en uitermate ernstig te noemen. In een moderne democratie, een nieuw land (in wording) kan en mag het natuurlijk niet zo zijn dat er een constante dreiging en intimidatie naar gewaardeerde werknemers uitgaat. Het kan toch niet zo zijn dat we in een dictatuur leven zoals jaren mogelijk was achter het IJzeren gordijn, nu nog in China gebeurt en zelfs dichter bij huis in Venezuela.
Het is schandalig wat hier op ons mooie eiland mogelijk gebeurt. Het kan en mag niet zo zijn dat er door een paar figuren, waar ik ernstige twijfels over heb, de dienst wordt uitgemaakt. Maar helaas, dat er rare zaken gebeuren dat moge duidelijk zijn.
Als ik verder de discussie tot mij heb genomen over de Deken, vooral de ongefundeerde reacties daarop, valt eigenlijk op dat men niet aan zelfreflectie doet, maar het links en rechts schoppen duidelijk ingegeven is door de partij van onze nationale roeptoeter, dan bekruipt mij een ernstig gevoel van misnoegen en vooral walging.
Het is verbazingwekkend wat mensen niet doen om allerlei mooi betaalde baantjes toegeschoven te krijgen, als zij maar vóór deze rariteitenregering staan. Het blijkt dan kinderlijk eenvoudig daarmee alles te verloochenen waar ze ooit voor - zouden - hebben gestaan. We kunnen hier met recht grote vraagtekens bij plaatsen.
De aanbevelingen van de commissie zijn goed geformuleerd en zouden voor deze regering in de allereerste plaats aanleiding moeten zijn hun biezen te pakken. Allemaal en wel zonder uitzondering. Het land Curaçao is in één jaar tijd langzaam naar een zeer onwenselijke afgrond gegleden, qua mentaliteit, investeringsklimaat, real estate dat op zijn achterste ligt, en iedereen die elkaar wantrouwt. Zoals gezegd een uiterst ongezonde situatie.
De enige redding nog is dat het de hoogste tijd is een zakenkabinet in te stellen, met inderdaad wijze en intelligente mensen. Die zijn er genoeg. En daar hoef je niet eens een Yu di Kòrsou voor te zijn.
Marcel Henriques, Curaçao