Het is een grote zorg, wat we op Curaçao doen met ons milieu.
Stichting Smoc heeft een rechtszaak gewonnen tegen de overheid waarin de overheid gedwongen wordt om haar taak als behoeder van ons milieu, serieus te nemen.
Binnenkort verstrijkt de gerechtelijk bepaalde deadline waarbij de overheid de Isla moet sommeren zich aan de geldende milieuregels te houden voor wat betreft de uitstoot van schadelijke substanties.
Het zal mij benieuwen wat voor scenario’s we te zien gaan krijgen bij het uitvoeren van deze opdracht. De vervuiling, op mega-schaal, zal zeer waarschijnlijk, gewoon rustig zijn doorgang kunnen vinden. De Isla en enkele hoog geplaatste heren kunnen dan weer, over ons aller rug, hun zakken blijven vullen.
Had de Isla op het meest westelijke deel van ons eiland gestaan dan zou op de meeste dagen alle vuiligheid met onze noordoost passaat de open zee op waaien. Dat zou al milieuvervuiling van proportie zijn. Echter het feit dat deze raffinaderij gewoon midden tussen woonwijken is gelokaliseerd, maakt ons eigen volk (kinderen, tieners, volwassenen & ouderen) zwaar ziek. Slik maar, ‘tuma i guli’.
Als uw buurman zijn nieuwe, ‘schoon’ lopende auto een dag lang zou laten draaien, in zijn bovenwinds van u gelegen perceel, dan zou u hem hier absoluut op aanspreken. Immers, uw gezondheid staat op het spel. Voor het ‘p’abou di bientu’ gebied van Curaçao is de Isla de bovenwinds gelegen buurman.
Bij deze buurman staan zo ongeveer 2.000 oude trucks uit de jaren ’40, 24/7, en op volle toeren, zware aardolie om te zetten in gifgassen en hitte.
Dit kan niet meer. Dit mag niet meer. Dit is mensonwaardig.
We bereiken als inwoners van Curaçao op den duur een ‘point of no return’ voor wat betreft onze tolerantie. Het is genoeg met de schaamteloze ‘abuso’ op velerlei gebied van de Curaçaoënaar.
Robert Schnog, Curaçao