Ik heb zaterdag meegelopen met die protestmars tegen de Isla/PdVSA en ik moet eerlijk zeggen dat iedereen zich keurig heeft gedragen en de stemming goed was. Ondanks dat groepje dat hun ziel verkocht heeft voor een rood shirt en loze beloftes.
Kijk, we leven in een democratisch land en iedereen heeft het goed recht zich te uiten, maar schijnbaar zijn mensen hier bang om dat te doen omdat men bang is voor represailles of dat men Facebook-vrienden kwijtraakt of zo, of dat bij de volgende verkiezingen men in positie gedegradeerd wordt omdat men niet de juiste kleur heeft.
Het is hier altijd de wet geweest, wie het hardste schreeuwt, krijgt gelijk en al weet je dat je in het ongelijk staat, je gaat dreigen en schreeuwen om toch te krijgen waar je eigenlijk geen recht op hebt en daar zijn vakbonden sterk in: ze staken en als de werkgever de stakingsdagen niet uitbetaalt, gaan ze weer staken om die dagen toch betaald te krijgen. No work still pay!
Zaterdag moest ik lachen want toen de stoet demonstranten bij de ingang van de raffinaderij kwam, stond daar een of ander vakbondsfiguur - die je eerder de posterboy voor de obesitascampagne zou noemen en niet bepaald de posterboy van Slimfast, met een zonnebril met spiegelglazen en een gezicht waar alleen maar een moeder van kan houden - de stoet op te wachten met achter hem een stelletje zielenpoten in rode shirts.
Natuurlijk moest hij de nodige dreigementen schreeuwen en het nodige machogedrag tonen om maar geen gezicht te verliezen tegenover de rest van zijn gabbers. Ik lag in een deuk want deze jojo’s snappen er de ballen niet van, want ze waren aan het schreeuwen over banenverlies en dat de Isla anders dicht zou moeten gaan en nog meer bla bla.
Ze begrepen niet dat het nooit de bedoeling was van die protestmars om de Isla te sluiten, maar om de Isla te vragen of ze zich aan de contractuele verplichtingen wil houden voor wat betreft onderhoud van de plant, luchtvervuiling en het ongemak dat ze veroorzaken voor de omwonenden en vooral ouderen of scholieren die onder de rook wonen of naar school gaan.
Hier stond dan een zielig groepje mensen in rode shirts, natuurlijk met de complimenten van onze vriend aan de overkant van de baai, te schreeuwen dat ze tegen de groep protesterende mensen waren.
Met andere woorden ze waren tegen de mensen die vechten voor schonere lucht en minder last voor mensen in de buurt van de Isla en de zieken en schoolkinderen en de 18 mensen die er per jaar aan de rotzooi doodgaan; en dan hebben we het niet over die 190 oudjes die in Habaai op hun (vroege) dood zitten te wachten en er niks aan kunnen doen. Dus wat hun betreft is dat allemaal goed en is dat allemaal niet belangrijk, zolang zij maar hun baan houden.
Nou is de vraag wat voor garanties hebben zij dat de raffinaderij blijft als dat huurcontract verloopt: geeft de Isla hun garanties, of is het daarna ook ‘Bekijk het maar Frits en wij gaan hetzelfde doen op een ander eiland met net zo domme regeerders en werknemers’ en begint het feest weer van voor af aan?
Ik moest denken aan een stelletje domme ganzen die daar stonden, die alleen maar de grote dikke gans volgen, ondanks dat ze weten dat hij de foute richting op gaat, maar ik doe mee omdat ik een rood shirt cadeau heb gehad en dat heeft de rest niet; dat betekent dat ik belangrijker ben dan de rest van die collega’s als ik maandag op m’n werk kom, want ik heb mijn loyaliteit getoond aan die Venezolanen die de boel leegzuigen op mijn eiland!

Arthur Donker, Curaçao