Mijn ingezonden bijdrage over de Stichting Particulier Fonds (SPF) heeft u niet gepubliceerd maar wel een tegenreactie. Indien u mijn bijdrage aandachtig had gelezen dan was het u opgevallen dat ik dit heb geschreven naar aanleiding van de Nota van Wijziging die onverwacht op 6 juni 2018 is ingediend en op 7 juni 2018 is behandeld en goedgekeurd door de Staten inzake de Landsverordening houdende aanvullende documentatieverplichting verrekenprijzen.
Ik heb duidelijk in mijn artikel aangegeven dat de SPF met de wijziging ‘aangifteplichtig’ wordt voor de heffing van winstbelasting en dat de vrijstelling van winstbelasting blijft bestaan ‘mits de winst van de SPF niet uit bedrijf voortvloeit’.
Ik heb het in mijn artikel gehad over het ‘belastbaar maken’ en ‘onderwerpen aan heffing van winstbelasting’ van de SPF. Wellicht zijn deze begrippen onbekend voor een leek. Hiermee bedoel ik dat de SPF vanaf 1-1-2019 onder de regels van de Landsverordening op de winstbelasting gaat vallen. Tot 1-1-2019 is de SPF niet belastingplichtig voor de heffing van winstbelasting omdat de SPF niet wordt genoemd in artikel 1 van de Landsverordening op de winstbelasting en zijn daarom de bepalingen van die verordening niet op de SPF van toepassing.
In artikel 1 van de Landsverordening op de winstbelasting staan alle entiteiten die onder de bepalingen van die landsverordening vallen. Indien de SPF, zoals uw vier deskundigen stellen, reeds onder de regels van de Landsverordening op de winstbelasting valt, dan was er naar mijn mening geen noodzaak geweest om bedoelde Nota van Wijzing op te stellen en te doen behandelen en goedkeuren door de Staten.
Feit blijft dat door een aangifteplicht in de winstbelasting thans in te voeren voor de SPF, ondanks het feit dat de SPF geen bedrijf mag uitoefenen, dit vehikel niet meer als een privacy-vehikel kan dienen. De SPF van Curaçao werd internationaal met name daarvoor gebruikt. Dus vanaf 1-1-2019 zullen klanten die een privacy-structuur willen, naar alle waarschijnlijkheid uitwijken naar andere jurisdicties met alle nadelige gevolgen van dien voor de economie van Curaçao.
De OECD/Beps (Organisation for Economic Co-operation and Development/Base Erosion and Profit Shifting, red.) heeft de SPF niet als een ‘preferential regime’ gekwalificeerd, voor zover ik dit heb kunnen nagaan en daarom is het nog steeds onbegrijpelijk waarom de regering het nodig heeft geacht onverwacht de SPF aangifteplichtig te maken voor de heffing van winstbelasting.
Ik verzoek u dan ook per direct een rectificatie te plaatsen in uw krant waarin u uw stellingen inhoudende dat ik onjuiste informatie zou hebben aangekondigd dan wel de Nota van Wijziging niet juist zou hebben uitgelegd terugneemt.
Mr. Shulaika Delsol (tax lawyer), Curaçao

Naschrift redactie: Het Antilliaans Dagblad ontving van mevrouw Delsol een schrijven ‘De Stichting Particulier Fonds op Curaçao per 1-1-2019 belastbaar voor de heffing van winstbelasting’. Aangezien het complexe materie betreft en er vanuit de financiële sector signalen waren die aangaven dat deze bijdrage van mevrouw Delsol mogelijk enige onvolkomenheden bevatte, besloot de redactie dit voor te leggen aan een belastingadvieskantoor met meerdere fiscaal juristen (de vier deskundigen) plus een eigen bureau vaktechniek. Op grond daarvan is een redactioneel artikel gepubliceerd zónder daarbij de naam van mevrouw Delsol te noemen of naar haar te verwijzen. Rectificatie is dus niet nodig. Gezien het nieuwe schrijven van mevrouw Delsol vindt de redactie het opportuun deze bijdrage wel te publiceren. Wellicht volgen hierna ook andere fiscaal deskundigen met hun zienswijze op deze materie.

ADBrief 800