Het onderstaande is bedoeld als ‘food for thought’, onder ander voor het Antilliaans Dagblad als belangrijk medium om een constructieve bijdrage te kunnen leveren aan een geschikte oplossing van het arbeidsgeschil van de werklieden bij onderaannemers werkzaam voor de PdVSA/Isla-raffinaderij.
Alle partijen blijven om de hete brij heen draaien, niemand durft het te zeggen (of te schrijven), maar PdVSA/Isla is de oorzaak van dit probleem. Dit geschil is veroorzaakt door het systeem van PdVSA van ‘outsourcing’. In beginsel kan een systeem van uitbesteding aan externe partijen van werk, dat een vitaal onderdeel van de eigen bedrijfsvoering omvat, een acceptabel bedrijfsinstrument zijn om kosten te besparen. In beginsel is daar niets op tegen, maar: het systeem moet wel te goeder trouw worden toegepast. En dat betekent dat het bedrijf dat zich van dat bedrijfsmiddel bedient, dit op een maatschappelijk verantwoorde manier moet doen. Dus niet op een wijze die leidt tot malafide koppelbazenpraktijken; niet op een manipulatieve wijze, waarbij er ver beneden het gemiddelde loonpeil dat op de arbeidsmarkt voor dat specifieke werk geldt, wordt gecontracteerd; niet op een wijze waarbij de wet wordt overtreden en met name de wet die dwingendrechtelijk een minimumloon heeft vastgesteld. Met andere woorden: er mag geen sprake zijn van uitbuiting van de werknemers. ADBrief 800
Er moet, kort en goed, sprake zijn van ‘live and let live’. En dáár schort het hem aan bij PdVSA/Isla. PdVSA heeft al 31 jaar lang roofbouw gepleegd op onze nationale natuurlijke hulpbronnen. Toegegeven, de omstandigheid dat PdVSA 31 jaar lang in de ‘driver’s seat’ heeft gezeten - en nog zit - is veroorzaakt door de lakse houding van de opeenvolgende regeringen. Maar PdVSA/Isla heeft ook een eigen verantwoordelijkheid, weet drommels goed welke financiële vergoeding (beloning) als redelijk moet worden beschouwd voor dat uitbestede werk aan ‘skilled labor’ en aan ongeschoolde arbeiders. Men moet, vooral in arbeidsverhoudingen, te goeder trouw te werk gaan. Brood op de plank is een elementaire levensbehoefte in elke samenleving.
De werkwijze van PdVSA corrumpeert onze samenleving, want door zo gewetenloos de eigen bedrijfskosten te drukken; door te contracteren met partijen die gebruikmaken van malafide koppelbazen en daardoor de laagste inschrijving kunnen doen, omdat ze minder dan het minimumloon betalen; door dit soort praktijken in onze samenleving te faciliteren, is PdVSA/Isla bezig onze samenleving te corrumperen. En onze regering schiet te kort door niet handhavend op te treden, bijvoorbeeld ten aanzien van de wet op de ketenaansprakelijkheid. Let wel, onze huidige minister van Arbeid (SOAW, Ruthmilda Larmonie-Cecilia, red.) probeert wel orde op zaken te stellen op de arbeidsmarkt, maar het is dweilen met de kraan open, wanneer sterke marktpartijen zoals PdVSA/Isla blijven volharden in hun afkeurenswaardige praktijken. Isla mág kostenbesparend opereren, maar moet daarbij wel te goeder trouw te werk gaan. Niet contracteren met de laagste inschrijver, wetende dat het werk onmogelijk voor die prijs kan worden uitgevoerd. De overheid schiet te kort uit lafheid. En de overheid moet optreden omdat er onvoldoende sociale vangnetten zijn op Curaçao, doordat er in ons land geen adequate wettelijke sociale voorzieningen zijn, bijvoorbeeld voor het betalen van een werkeloosheidsuitkering. Door het ontbreken van een dergelijk vangnet zijn de arbeiders gedwongen voor een hongerloontje te werken, om niet werkeloos te blijven. Dáárom moet de overheid handhavend optreden, maar het probleem begint bij PdVSA/Isla, bij de bedrijfscultuur die er bij PdVSA/Isla heerst. Het is ronduit beschamend dat PdVSA/Isla het klaarspeelt om via het systeem van outsourcing werkzaamheden te laten verrichten voor een prijs die ver beneden het normale gemiddelde loonpeil ligt en zeer zeker ver beneden de marktconforme tarieven die voor deze specifieke werkzaamheden gelden.

Naam bekend bij redactie,
Curaçao