Beste Peppie Sulvaran en Paula Janssen,
Onlangs hebben jullie in de media middels een uitstekend betoog gepleit voor meer strafrechtelijke expertise voor zowel het Gerecht in eerste aanleg alsmede het Hof, vanwege het grote tekort aan goed opgeleide gespecialiseerde strafrechters op Curaçao. Aangezien ons strafrecht in de Nederlandse taal geschreven is, zal het betekenen dat die expertise voornamelijk uit Nederland zal moeten komen. Jullie hopen dan op een deugdelijke rechtsbedeling in strafzaken, waarborg van de rechtseenheid en gezonde rechtsontwikkeling van de strafrechtspraak. Ik moet jullie helaas uit jullie droom helpen. In Nederland lopen er namelijk zogenaamde zeer gespecialiseerde strafrechters rond, die het echter presteren om een verdachte die kei-, maar dan ook keihard liegt omtrent alles wat met een moord te maken heeft en waarvan vastgesteld wordt dat hij ten tijde van het overlijden van het slachtoffer in de betreffende woning aanwezig was, toch vrij te spreken enkel en alleen omdat er zogenaamd geen kenbaar motief was en geen duidelijke pathologisch misdrijf gerelateerde doodsoorzaak. Zij waren eigenlijk te bang en te schijterig om een verdachte waarvan zij wel de overtuiging hadden dat hij het gedaan heeft, te veroordelen, alleen maar omdat ze 5 procent twijfel hadden over de doodsoorzaak. Hoe is het mogelijk dat je als rechters tegen een verdachte zegt: ‘Wij rechters geloven u niet’, maar je laat hem vervolgens wel vrolijk vrij rondlopen. Rechters mogen een kennelijk leugenachtige verklaring van een verdachte gebruiken als wettig bewijsmiddel, mits ondersteund door steunbewijs. En dat was er, want in de onderbroek die de moordenaar, Mark van Dorp geheten, aan had waren zowel bloed- als urinesporen gevonden van het slachtoffer; urine die alleen op het moment van de intrede van de dood vrijgekomen is. Het is volkomen onbegrijpelijk dat die zogenaamde super gespecialiseerde rechters, die jullie zo graag hiernaartoe willen halen, vervolgens doodleuk al deze keiharde bewijzen negeren en zo iemand vrijspreken. En dan die nog meer hooggespecialiseerde rechtsgeleerden van de Hoge Raad. Die hanteren het meest walgelijke, ik wil bijna zeggen debiele wetsartikel uit het Wetboek van Strafvordering, artikel 80a Rechts Organisatie om daarmee elke motivering achterwege te laten. Het hoogste rechtscollege, dat juist moet staan voor de rechtsvorming, verschuilt zich zonder enige vorm van motivering op de kritiek die er was op de conclusies van de AG, achter dit volkomen idiote artikel, enkel en alleen uit gemakzucht, want oh-oh-oh zij krijgen zo veel zaken, hoorde ik onlangs de president van de Hoge Raad hier op Curaçao vertellen. Schandalig. Dus, helaas, jullie zullen helaas verder moeten modderen met de hier aanwezige expertise, want die van Nederland is geen spat beter. Succes.
Rob Spong, Curaçao