Vandaag het vierde gedeelte uit de nota ‘Kaminda tin Boluntat nos ta Logra’ (waar een wil is, is een weg), die ik in verband met de bouw van een nieuw ziekenhuis, in opdracht van de vakbond CBV heb geproduceerd en uitgegeven in mei 2003.
5.2. Een versplinterde zorgverlening.
Binnen de periode van afronding van de herbouw en/of nieuwbouw ziekenhuis, zal het Bestuurscollege van Curaçao (BC) en de centrale overheid gerichte afspraken moeten maken ten aanzien van de volgende aandachtspunten. Ten eerste is vanwege het zogenaamde wildgroei-effect het aantal instellingen in de gezondheidssector sterk toegenomen. Het gaat hierbij om privéklinieken (als men die zo mag noemen) en privélaboratoria waar diverse onderzoeken worden gedaan en behandelingen worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld: bloedonderzoeken, echografie, röntgenfoto’s, pijnbestrijding, wondbehandeling en allerlei kleine ingrepen op de praktijken van de medici. Het is de taak van de overheid om een grip te krijgen op deze manier van gesegmenteerde zorgverlening, waarbij het toezicht op de kwaliteit van zorg helemaal verloren gaat.
Ten tweede is het van belang dat het departement van Volksgezondheid en Milieuhygiëne en het departement van Gezondheidsinspectie, met een meer proactief beleid komt dan het tot nu overwegend reactief optreden. Dit zou moeten geschieden via continue externe toetsing van de geleverde zorg en de kwaliteitszorg in ziekenhuizen, klinieken en andere zorgvoorzieningen. Ook dit aspect is al in de jaren 80 in eerder genoemde nota’s van de CBV naar voren gebracht.
Onder kwaliteitszorg wordt verstaan, het beleid ten aanzien van de activiteiten en middelen dat een hoge kwaliteit van zorg binnen de instellingen moet garanderen. In zijn nota ‘Herstructurering van de gezondheidszorg anno 2002:Curaçao, pak de stier bij zijn horens’, wijst de gedeputeerde Ch. Cooper erop dat bepaalde bevoegdheden voor wat betreft de regiefunctie, overgeheveld dienen te worden naar het Eilandgebied Curaçao.
5.3. Voornemens van de gedeputeerde t.a.v. nieuwbouw ziekenhuis.
Sinds 1998 bij de vorming van de nieuwe landsregering werd voor het eerst in een regeerakkoord opgenomen; het renoveren of nieuwbouw van het ziekenhuis op Curaçao. Sindsdien is hieraan echter geen prioriteit gegeven. De toenmalige minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne, dhr. mr. L.A. Abraham heeft zelfs nagelaten de gezondheidssector als prioriteit aan te merken in het samenwerkingsprotocol, dat ondertekend is tezamen met Nederland.
Op eilandelijk niveau hebben zich echter diverse verschuivingen voorgedaan op het gebied van de gezondheidszorg. Een en ander vooral gericht op het kerntakenbeleid van de overheid, waarbij enkele overheidsdiensten werden verzelfstandigd. De huisartsen en tandartsen werden ook uit het personeelsbestand van de overheid gelicht.
Bij de komst van de huidige gedeputeerde ing. Ch. Cooper Msc. werd het bouwen van een nieuw ziekenhuis bijna een dagelijkse ‘issue’ in de nieuwsmedia.
Men is al van start gegaan met de renovatie van de Poli Nobo (polikliniek) die annex het Sehos-complex is gesitueerd. De gedeputeerde installeerde een commissie die de diverse aspecten rond de bouw van een nieuw ziekenhuis dient te bestuderen. Deze commissie werd later op verzoek van de drie leden uitgebreid. De gedeputeerde ziet het logistiek geheel tussen de verschillende functie-eenheden als een knelpunt in het functioneren van het ziekenhuis. Hij gaat ervan uit dat in een nieuwe goede logistieke ‘outfit’ het werk met hetzelfde aantal werknemers uitgevoerd kan worden.
In een onderhoud met een delegatie van de CBV heeft de gedeputeerde naar voren gebracht dat het de bedoeling is met hetzelfde personeel dat nu in het Sehos werkt de activiteiten binnen een eventueel nieuw ziekenhuis voort te zetten.
Via de nieuwsmedia heeft de gedeputeerde verklaard dat een deconcentratie van de diverse gezondheidsvoorzieningen kostenverhogend zal werken. Het is goed dat de gedeputeerde de minister van Volksgezondheid en Milieu verzoekt snel het moratorium in te stellen op de uitbreiding en/of het vestigen van voorzieningen in de gezondheidssector.
Felix D. Pinedo,
Curaçao