Prachtig dat er een boekje verschijnt over blikkenhuisjesarchitectuur van de West met de nadruk op Curacao. Je komt ze bijna niet meer tegen, ze bestaan uit een houtskelet met buitenwanden en dak van geplette gebruikte olieblikken. Een constructiewijze die volgens de auteurs La Cruz en Helweg na 1861 ontstaat. Voor die tijd bouwen en wonen slaven in hutten met buitenwanden van gedroogde mest, takken en kalk waarover een dak van maisbladeren. Net voor de kerk van Soto is een gedeeltelijk ingestort geval te bewonderen. Kijk voor het te laat is. De blikken constructie is vergeleken met de oudere mais-variant klimatologisch een gedrocht. Stijgt de binnentemperatuur onder de zon tot boven de veertig graden, in de ‘kas di yerba’ blijft de temperatuur op dertig steken. Zoals meestal ontbreekt ook in dit architectuurboek de bouwfysica. Blijkbaar oninteressant, wie last heeft van warmte gaat slapen of doet onder zijn moderne golfplaten dak de airco aan. Alles went, al kost het ons klauwen met geld.
Carlos Weeber, architect,
Curaçao