Ministers komen en ministers gaan, maar Pueblo Soberano blijft bestaan. Dat is nu langzamerhand de vraag. Zeven maanden na het aantreden van het kabinet is de nog jonge PS al weer toe aan de zesde minister (terwijl de regeringspartij maar drie ministersposten heeft): René Rosalia werd vervangen door Lionel Jansen; Norman Girigorie moest plaatsmaken voor Lia Willems-Martina, terwijl laatstgenoemde - nog maar nauwelijks ingezworen - nu ook het veld moest ruimen. Nog vóórdat de bom in het gezicht van PS zelf ontplofte, heeft de partij van Helmin Wiels net op tijd ingegrepen door Willems-Martina af te zetten. En gezegd moet worden dat Soberano wel consequent handelt en niet alleen naar buiten toe om zich heen zwaait, maar ook in eigen gelederen korte metten maakt. Dit is echter natuurlijk geen manier om serieus een land te regeren.
Ook met en rond andere bewindslieden rommelt het en lijkt er elke week weer iets nieuws aan de hand. Niet op de laatste plaats ten aanzien van premier Gerrit Schotte (MFK) zelf, die ook stad en land afreist - afgelopen weekeinde nog met een peperdure privéjet - en die heel weinig in de melk te brokkelen heeft als het gaat om de PS-bewindslieden in zijn kabinet. En vorige week was er het laakbare optreden van minister Nasser El Hakim (MFK), die een show van machtsvertoon weggaf toen hij met prijzencontroleurs gevolgd door een daartoe uitgenodigd leger mediavertegenwoordigers Esperamos ‘binnenviel’.
Overigens neemt PS niet altijd (interne) maatregelen. De partij speelt een dubieuze rol bij de politieke benoeming van Ivar Asjes - nota bene Statenvoorzitter - tot topambtenaar, van het ministerie van Willems-Martina trouwens. Asjes gaat deze functie namelijk nu nog helemaal niet bekleden. Dat gebeurt pas als hij parlementsvoorzitter af is. Dan heeft hij al vast een stabiele, goed betaalde betrekking; een appeltje voor de dorst. Op oneigenlijk wijze wordt misbruik gemaakt van de terugkeerregeling, waarbij een ambtenaar die een positie als politiek gezagsdrager inneemt, altijd kan terugkeren naar zijn ambtelijke functie. Als PS het écht meent met de strijd tegen vriendjespolitiek en privileges, dan moet zij ook dit met kracht verwerpen.
De vraag is wie nu het ministersschap voor PS op zich moet/wil nemen. Het is geen baan zonder risico’s, zo is inmiddels wel duidelijk. Misschien moet Wiels de verantwoordelijkheid nu zelf op zich nemen, maar dan zal hij er wel aan moeten wennen om als ministersploeg met één mond te spreken.