Curaçao vierde gisteren dat op 10-10-’10 het Land Curaçao de autonomie verwierf. Naast de officiële festiviteiten en wijkbezoeken van de ministerraad was het voor de meeste Curaçaoënaars vooral een welkome vrije dag. Echt reflecteren over de betekenis van autonomie is er niet bij. Voor het overgrote deel van de inwoners voelt het dan ook niet echt als een grote verandering vergeleken met vóór 2010; immers Curaçao was als grootste eiland en bestuurscentrum van de Nederlandse Antillen feitelijk al autonoom. Autonoom binnen het Koninkrijk wel te verstaan. Niet autonoom als een staatsrechtelijk onafhankelijke natie, wat bij sommigen in Nederland nog weleens wordt gedacht. En ook geen integraal onderdeel van Nederland, wat bij weer anderen voor verwarring zorgt. Een status tussen beide uitersten in: een eigen land, met een eigen onderwijs- en belastingstelsel, eigen regering, eigen parlement, eigen begroting, eigen verkiezingen en vooral eigen verantwoordelijkheid, maar als onderdeel van het Koninkrijk wel veilig en beschermd deel uitmakend van een groter geheel. Dat laatste is en blijft voor de meerderheid de grote toegevoegde waarde, ook al zijn de meningen hierover soms wat verdeeld, getuige de opstelling van Kòrsou Fuerte i Outónomo (KFO) dat opstandig manifesteert en ageert tegen bijna alles wat te maken heeft met het alhier door Nederland ingevoerde rechtssysteem - door buitenlandse investeerders juist geprezen vanwege het vertrouwen dat ervan uitgaat. Recente en actuele gebeurtenissen en ontwikkelingen nopen Curaçao en de andere Caribische landen nog eens stil te staan bij de merites om samen een overkoepelend verband te vormen. Sint Maarten bijvoorbeeld, mag na de passage van de verwoestende Irma zijn zegeningen tellen dat er onmiddellijk massaal hulp kwam uit Nederland, Curaçao en Aruba. En dat ook voor de wederopbouw gerekend mag worden op de koninkrijkspartners. De klap is zelfs zo groot dat openlijk getwijfeld wordt over de levensvatbaarheid van Sint Maarten alléén. Aruba kampt ernstig met het drukken van de schuldenlast, zoals dat ook voor Curaçao en de Antillen voorheen het geval was. Curaçao werd deze week met de neus op de feiten gedrukt, namelijk wat er gaat gebeuren als het Chinese GZE plotseling toch geen goede kandidaat zou blijken voor de overname en upgrading van de olie-industrie. Op zo’n moment gaan alle diplomatieke registers van het Koninkrijk open, om te achterhalen wat er werkelijk speelt en om te bepalen of GZE wel de juiste partij is. Autonomie is prachtig. Autonoom zijn mét grote en sterke partners is nog beter. Alleen is maar alleen. Samen staan we sterker.

ADletters logo