De Statenverkiezingen op Aruba kent wel lieden die juichen maar geen winnaars. Dat er na zestien jaar een einde komt aan de afwisselende alleenheerschappij van AVP en MEP is vanuit democratisch oogpunt prima, hoewel het verleden heeft geleerd dat coalitieregeringen het ‘Status Aparte’-land weinig goeds brengen.
Eerst maar even de feiten: de regerende groenen van premier Mike Eman (AVP) hebben een pijnlijke oorvijg van de kiezers gekregen, met het verlies van vier van de dertien zetels, maar kwam toch nog als partij met de meeste stemmen uit de bus. Een groot deel van het verlies kan worden toegerekend aan de met ruzie vertrokken Otmar Oduber en Marisol Lopez-Tromp en het noodgedwongen van de kandidatenlijst afvoeren van stemmentrekker Paul Croes (in 2013 samen goed voor 7.500 stemmen). De rest van de neergang is ongetwijfeld mede het gevolg van het halfslachtig omgaan met de verdenking tegen en latere arrestatie van diezelfde Croes. De schade had wellicht beperkt kunnen blijven als hij per direct zijn ontslag als minister had ingediend c.q. gekregen om als ambteloos burger zijn proces af te wachten. Ook was er twijfel (gezaaid en onvoldoende weggewerkt) over de integriteit van sommige AVP-bewindslieden.
De MEP heeft evenmin reden tot euforie. De gele partij gaat er weliswaar twee zetels op vooruit, maar had op meer gerekend. De partij heeft slechts ten dele 

analyse

kunnen profiteren van het verlies van de AVP. Het feit dat de AVP de gelen bovendien voor de derde keer op rij in stemmental is voorgebleven, zal door de MEP als een koude douche worden gevoeld.
Dat de POR - ondanks een korte maar dure campagne - op twee zetels is blijven steken, moet vooral voor Andin Bikker een bittere pil zijn. Hij deed een stap opzij ten gunste van Otmar Oduber in de hoop met deze door de wol geverfde politicus als lijsttrekker eindelijk eens echt door te breken. Hoewel die doorbraak is uitgebleven (Oduber en Bikker hebben ten opzichte van 2013 meer dan de helft van hun aanhang verloren), verkeert de POR wel in een machtspositie. Er vanuit gaande dat de aartsrivalen MEP en AVP zeker de eerstkomende honderd jaar geen vrede tekenen, kan er geen meerderheidsregering worden gevormd zonder de POR. De grote vraag is: met welke van de twee grote partijen gaat ze in zee? Voor beide coalities zal de met één zetel in de Staten terugkerende RED geen relevantie hebben, het is de POR die als enige de sleutel in handen heeft. Met andere woorden: POR gaat uitmaken of Aruba over groen dan wel over geel geregeerd gaat worden.
Hoewel de opties beperkt zijn tot slechts twee wordt de formatie geen simpele klus. Ideologisch bevindt de POR zich niet ver van de AVP. Maar Oduber heeft die partij na een interne strijd acht maanden geleden met de spreekwoordelijke slaande deuren verlaten. De felle wijze waarop de twee kampen elkaar in de campagne met (vaak te) grof geschut hebben bestreden, waarbij beschuldigingen van corruptie meer dan eens werden geuit, heeft alleen maar méér wonden geslagen. Er zal dus heel wat in de persoonlijke sfeer moeten worden gemasseerd om de wederzijdse animositeit te overwinnen. Hoewel het aangekondigde en dus verwachte vertrek van Eman, die daags voor de verkiezingen POR nog heeft uitgesloten van samenwerking, mogelijk openingen biedt.
Het ligt daarom meer voor de hand nu als eerste te onderzoeken of er een geelblauwe coalitie te smeden valt. Ook dat vraagt van beide kanten veel en dat niet alleen vanwege ver uit elkaar liggende standpunten. De MEP heeft immers POR-prominente Marisol Lopez-Tromp publiekelijk in niet mis te verstane termen verketterd toen zij de partij verliet en naar vijand AVP overstapte. Daarnaast leeft er binnen de partij de niet ongegronde vrees dat Evelyna Wever-Croes niet opgewassen is tegen de ervaren bestuurder en sluwe vos Oduber, die bovendien - dat zit nu eenmaal in zijn karakter - graag de eerste viool speelt. De gele nachtmerrie is een premier Wever-Croes die zich de kaas van het brood laat eten door haar vicepremier Oduber. Het is geen ondenkbaar scenario.
Wat sowieso nog moet blijken, is hoe stevig Wever-Croes binnen haar eigen partij in het zadel zit. Met slechts 3.503 persoonlijke stemmen blijft zij veruit de minst populaire leider die de MEP ooit heeft gekend. Het is een publiek geheim dat er kapers op de kust zijn, onder wie Dangui Oduber die maar wat graag in de voetsporen van zijn vader Nel zou treden. Gevaarlijker voor de positie van Wever-Croes zijn de ambities van de onberekenbare Glenbert Croes. Een interne strijd om het leiderschap ligt op de loer. Temeer daar een hernieuwd ministerschap voor de zoon van de legendarische Betico niet waarschijnlijk is. Over junior bestaat een AIVD-rapport waarin diens dubieuze handel en wandel als voormalig OLA-minister gedetailleerd is opgetekend. Het leidde ertoe dat Glenbert in 1998 door gouverneur Olindo Koolman niet ministeriabel werd bevonden.
Net als de AVP zal ook de MEP aanhikken tegen een gedwongen huwelijk met een kleine partij die op elk gewenst moment de coalitie kan opblazen als zij haar zin niet krijgt. Beide partijen hebben slechte ervaringen met minipartijen als partner. Een meerpartijenregering hoeft niet per definitie verkeerd uit te pakken, al was het maar omdat de partijen elkaar dwingen beleidskeuzes overtuigend te beargumenteren en dus vooraf beter te doordenken. Als de grootste de kleinste het licht in de ogen gunt en de kleinste niet, onder de voortdurende dreiging van het machtswoord, overvraagt, kan het heilzaam zijn en de interne politieke controle opschroeven. Zeker na decennia van absolute macht in regering en Staten - van eerst MEP en de laatste acht jaar van AVP - met alle gevolgen voor het verslappen van de democratische controle. In de Arubaanse politieke arena lijkt een coalitie, gezien de ruime aanwezigheid van te gemakkelijk opspelende ego’s, een experiment met een niet te verzekeren risico.
Het is overigens voor elke partij nu wel een aantrekkelijk moment om te regeren. Aruba staat er in veel opzichten beter voor dan acht jaar geleden. Er is geïnvesteerd in het opknappen van het centrum van Oranjestad en San Nicolas alsmede woonwijken en infrastructuur. Het pensioenstelsel en zorgstelsel zijn beter toekomstbestendig gemaakt, het toerisme draait naar omstandigheden - gezien de terugval uit Venezuela - goed, er is uitzicht op herstart van de raffinaderij. En hoewel de staatsschuld (die Nederland nog altijd weigert ongeconditioneerd tegen een lagere rente te herfinancieren) tot boven de 4 miljard florin is opgelopen, heeft het kabinet-Eman II er veel aan gedaan het begrotingstekort terug te dringen. Kortom, een uitgangspositie die een grote verantwoordelijkheid op de nieuwe regering legt om, nu het begrotingslek vrijwel is gedicht, niet meteen de geldkraan open te zetten en cadeautjes uit te delen.
Vanuit Nederland zal de formatie met argusogen worden gevolgd nu het er naar uitziet dat de grootste pleitbezorger van samenwerking in het Koninkrijk van het toneel verdwijnt. Politiek Den Haag bewaart bepaald geen plezierige herinneringen aan de MEP-kabinetten Nel Oduber III en IV die gekenmerkt werden door de ene na de andere provocerende boodschap richting Nederland, maar bovenal door twijfels over de integriteit van enkele ministers zoals neergelegd in het WODC-rapport uit 2009. Wat Den Haag evenmin lekker zit, is de band van de top van de MEP met de tot tweemaal toe voor corruptie veroordeelde oud-premier Gerrit Schotte (MFK) van Curaçao en de voor drugshandel veroordeelde president Desi Bouterse van Suriname en diens in een Amerikaanse cel zuchtende zoon Dino, met wie MEP-coryfee Glenbert Croes dikke maatjes is.
Na een weekend waarin de emoties de vrije loop hebben gekregen, is het zaak op de eerste werkdag van deze nieuwe week de balans met ratio te herstellen. Mike Eman - die met 7.822 stemmen de populairste minister-president in de Arubaanse historie blijft - heeft vrijdagavond laten weten het partijleiderschap te willen neerleggen, hetgeen door sommigen is uitgelegd als een afscheid van de politiek. Dat moet nog blijken. De coalitie-onderhandelingen kunnen weleens gaan lijken op een geblinddoekte voettocht door een veld vol op scherp staande mijnen. De uitkomst is ongewis.
Gegeven het stemmenverlies zou het de AVP sieren pas op de plaats te maken. Eman heeft al gezegd, ondanks dat zijn partij de verkiezingen heeft gewonnen, geen informateur te willen zijn. Dat is verstandig. Aangezien er een coalitie moet worden gevormd, verdient het de voorkeur dat gouverneur Alfonso Boekhoudt de informatie in handen geeft van een man of vrouw die geen persoonlijke politieke aspiraties (meer) heeft; die zonder direct eigen belang de mogelijkheden onderzoekt door de gevoelens van alle partijen af te tasten om te bezien welke coalitie het kansrijkst is. Pas als de partijleiders en hun secondanten onder de wijze (bege)leiding van de informateur tot overeenstemming komen over het te voeren regeringsbeleid, is het tijd een formateur te benoemen. Dat is doorgaans de leider van de grootste coalitiegenoot en toekomstig minister-president. Of die een groen of een geel hart zal hebben, durven wij hier en nu niet te voorspellen.
Het valt te wensen dat alle betrokkenen bereid zijn hun eigen belang ondergeschikt te maken aan dat van heel Aruba. Als dat lukt, krijgt de bevolking de regering die het verdient.