De inkt van de overeenkomst vrijdag over de toekomst van de raffinaderij te San Nicolas op Aruba is nog niet droog of de twee kemphanen, de AVP-regering en MEP-oppositie, vliegen elkaar alweer in de haren. Beide claimen het succes; dat de raffinaderij weer gaat draaien en daarmee weer voor werk en bedrijvigheid en vooral inkomen in dit qua ontwikkeling achtergebleven oostelijk deel van het eiland gaat zorgen. De heropening van de fabriek zal ongetwijfeld een belangrijk effect hebben op de economie, zoals beloofd door de regering Eman en berekend door de Centrale Bank van Aruba. Ook de adviezen van het College Aruba financieel toezicht (CAft) zien er anders uit bij het gesloten blijven of het weer operationeel worden. Dat is logisch aangezien de raffinaderij goed was voor circa 10 tot 15 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Voor de Arubaanse economie, die nu al eenzijdig afhankelijk is van het toerisme, is diversificatie cruciaal. Zo bezien zijn de politieke reacties op het bereiken van een akkoord met Citgo, voor de exploitatie van de raffinaderij, wel te begrijpen. De heropening is al jaren inzet van strijd tussen AVP en MEP. Net als op zustereiland Curaçao zit de olie-industrie, na bijna een eeuw aanwezigheid, als het ware in het bloed van veel Arubanen. Lago, Coastal en Valero zijn voor vele generaties een begrip en staan min of meer synoniem voor welvaart. Toch moeten zowel de oppositie, maar vooral de regeringspartij, niet te vroeg juichen. De gemaakte afspraken, voor zover bekend bij media en publiek, bieden perspectief. Tegelijkertijd gaat het uiteindelijk om de daadwerkelijke invulling. Sommigen zullen zeggen: ,,Eerst zien dan geloven”. Feit is dat er veel lijkt te gaan veranderen. Wordt het raffinage met relatief veel banen of enkel een minder arbeidsintensief olie-upgrade en -mengstation? De raffinaderij en alles wat erbij hoort gaat voor nul florin naar het Land Aruba, dat de faciliteiten gaat verhuren aan Citgo (volledig eigendom van PdVSA). Laatstgenoemde is in de nabije regio en binnen het koninkrijk geen onbekende. Sinds medio jaren ’80 huurt en exploiteert PdVSA de Isla-raffinaderij op Curaçao. Na aanvankelijke opluchting vooral de laatste periode niet zonder (milieu)problemen. Citgo/PdVSA moet straks essentiële, maar geen geringe investeringen van 600 tot 800 miljoen dollar doen én er moet een gaspijpleiding komen van het Venezolaanse vastenland naar Aruba. Dit laatste is zeker niet zonder (milieu)risico’s. De grootste onzekere factor echter is Venezuela, dat kampt met de ernstigste financieel-economische en sociaal-politieke crisis in decennia. Dát moeten AVP en MEP beseffen.

ADCommentaar 800