Analyse
Bijna op de kop af exact een jaar geleden - maar de facto al veel langer - namelijk op 15 augustus 2014 liet de top van overheidshavenbedrijf Curaçao Ports Authority (CPA) aan minister Stanley Palm (PAIS) van Economische Ontwikkeling (lees: de regering Asjes) weten wat de stand van zaken was met betrekking tot de (her)onderhandelingen over de concessie met het private containerhavenbedrijf Curaçao Port Services (CPS) én - niet onbelangrijk - dat CPA risico’s loopt, met name met de verouderde, regelmatig defecte, havenkranen, zolang de nieuwe concessie met CPS niet tot stand is gekomen.
Medio augustus 2015 is het nog stééds wachten op een overheidsbesluit; een beslissing van de regering, of liever van de zogeheten ‘Samenwerkende Partijen’ waar kennelijk de meest gevoelige kwesties worden besproken om er een knoop over door te hakken. Deze vergadering van de vier coalitiepartijen - PS, PAIS, PNP en Sulvaran - heeft echter nog altijd geen beslissing genomen. Sterker, de impasse duurt voort. Alles ten aanzien van de haven komt tot stilstand. En als directie en Raad van Commissarissen (RvC) hun verantwoordelijkheid nemen ‘om zelf maar over te gaan tot aanschaf van de kranen en herstel van de kades’, dan wordt CPA officieel een halt toegeroepen: CPA krijgt de instructie niets te doen en af te wachten wat de aandeelhouder (het Land Curaçao) beslist.
Dus krijgt directeur Humberto de Castro en krijgen de commissarissen, die hoofdelijk aansprakelijk zijn voor het wel en wee van het havenbedrijf en daarmee ook voor het veiligstellen van de doorgang van het goederentransport, de opdracht om verder niets te doen. Dit kan worden opgevat als een vrijwaring van de bestuurders van hun verantwoordelijkheden, immers de aandeelhoudersvertegenwoordiger wil het zo. En omdat de ministerraad Palm heeft gemachtigd met betrekking tot dit dossier - overigens op zijn verzoek - zijn nu alle ogen gericht op minister Palm en draagt hij alle verantwoordelijkheid. Oók in het onfortuinlijke geval dat beide kranen tegelijk het begeven en het containertransport komt te stagneren.
Behalve door middel van correspondentie, werd Palm ook al vanaf 4 september 2014 bijgepraat over de situatie. Daarna volgden nog verschillende gesprekken. Daarbij werd de bewindsman die belast is met havenzaken geïnformeerd over het standpunt van de RvC en directie inzake de onderhandelingen met directeur/mede-eigenaar Fernando da Costa Gomez van CPS. Begin dit jaar lieten management en commissarissen aan de minister weten een akkoord te hebben bereikt over de concessie, de concessieperiode en de concessievoorwaarden en - politiek cruciaal - het verwerken van de ‘non-exclusiviteitsclausule’ in het nieuwe contract. Voortaan zou niet de belastingbetaler via het publieke orgaan CPA betalen voor kranen en kades, maar zou het particuliere CPS hiervoor opdraaien. En bovendien zou aan het einde van de concessieperiode een openbare aanbestedingsprocedure volgen voor welke partij dan de containerhaven zou mogen exploiteren. Van belang was echter dat er snel een beslissing zou vallen over de noodzakelijke investering in met name de kranen - essentieel voor de logistieke sector (een van de pilaren van de economie) en het continu kunnen importeren en exporteren van goederen.
CPA had al eerder aangegeven het niet verantwoord te vinden langer te wachten. Maar het proces van zelf de kranen aanschaffen en zelf de kades onderhouden werd aangehouden toen het er een paar maanden geleden even op leek dat het onderwerp in de Samenwerkende Partijen aan de orde zou komen. Medio 2015 blijkt echter dat sprake is van een ‘kennelijke impasse’, waardoor tot op heden geen besluit is genomen over de concept-concessieovereenkomst.
Begrijpelijk dat de bestuurders van het havenbedrijf zich genoodzaakt zien het proces van de aanschaf van de kranen en herstel van kades zelf weer ter hand te nemen en voort te zetten. CPA kan niet langer wachten tot de politiek eindelijk eens een ei heeft gelegd. Pas als CPA aangeeft dat de aanzienlijke investeringen wel met zich meebrengen dat de haven de tarieven zal moeten verhogen, komen de minister en de ministerraad in actie. Palm verzoekt de Raad van Ministers om hem in zijn hoedanigheid van aandeelhoudersvertegenwoordiger van CPA te machtigen om CPA de instructie te geven om niets te doen en af te wachten wat de regering definitief beslist over het heronderhandelingstraject met CPS. Daar gaan de overige ministers mee akkoord. En aangezien de openbare rechtspersoon Curaçao 43.000 aandelen CPA in handen heeft, wordt minderheidsaandeelhouder ontwikkelingsbank Korpodeko met 2.632 aandelen overruled. Wel mag de handtekening van Korpodeko-directeur Chesron Isidora onder die van minister Palm van Economische Ontwikkeling, namens de aandeelhouder, staan. Het betreft een zogeheten ‘besluit buiten de Algemene Vergadering van Aandeelhouders’ (AVA) en het ligt in de bedoeling om dit besluit uiterlijk op maandag 16 augustus vast te stellen.
De politiek neemt dus wel beslissingen, maar dan beslissingen om voorlopig geen besluiten te nemen. ,,De aandeelhouder heeft (nog) geen definitief standpunt kunnen innemen betreffende de laatste update”, schrijft minister Palm aan zijn collega-bewindslieden. Gedoeld wordt op ‘een allerlaatste schriftelijke update van het traject’ dat op 19 januari 2015 werd gevraagd aan de CPA-directeur en sinds 23 januari op het bureau van de regering ligt.
Het is duidelijk: de vier regeringspartijen zitten niet op één lijn. In dit geval ligt de grootste coalitiepartij PS dwars. En dus wordt er géén knoop doorgehakt of wordt gewacht dat er een politieke uitruil kan worden gemaakt met een ander ‘gevoelig’ onderwerp’. Of er wordt net zo lang geweifeld totdat het te laat is en in dit geval letterlijk de wal het schip keert. Maar één ding is zeker: zolang er geen nieuwe concessie komt, blijft de terecht zo verfoeide exclusiviteit van CPS behouden en staat CPA (lees: Curaçao) met lege handen. Een fout besluit is te betreuren en kan worden rechtgezet, maar soms is besluiteloosheid vele malen erger.

ADletters logo